Informatie is overal: niet alleen op school, maar de hele dag door nemen kinderen informatie tot zich. Maar klopt die informatie wel? Wat is juist en wat niet? Wat zijn feiten, wat meningen? Hier vind je deel 2 van Dompel je klas onder in … feitjes!
Debatteren
Kies een stelling en houd een debatwedstrijd. Maak twee partijen en wijs aan welke partij voor en welke tegen de stelling is. De kinderen bereiden zich voor en zoeken naar goede argumenten, gebaseerd op feiten. Bij de debatwedstrijd krijgt elke partij spreektijd en kun je zelf voor debatleider spelen.
Mini-spreekbeurt
Laat de kinderen een minispreekbeurt houden van één minuut over een zelfgekozen onderwerp:
- Houd je presentatie en vertel bij elk beeld het bijbehorende feitje.
- Verzamel informatie over het onderwerp.
- Check of die informatie juist is.
- Kies feiten uit die jij het meest interessant vindt.
- Zoek bij elk feitje een geschikt beeld.
- Maak van die beelden een presentatie zonder tekst.
Rekenfeiten
Hoeveel m3Â is het klaslokaal? Hoe zwaar is een stoel? Hoe breed en hoe hoog is het raam? Wat is de oppervlakte van het digibord? Zet de kinderen aan het werk om zo veel mogelijk in de klas te meten en te wegen. Ze schrijven de feiten op memoblaadjes en plakken die erbij. Zo komt het lokaal vol rekenfeitjes te hangen.Â
Waar of niet waar
Maak van je les wereldoriëntatie een spelshow. Maak een lijst met vragen bij het doel van de les. Bijvoorbeeld: hoe ontstaat een aardbeving? De kinderen zoeken eerst het goede antwoord op. Als ze dat gedaan hebben, bedenken ze zelf een fout antwoord.
Daarna start de show: stel de vragen als een quizmaster. Van elk groepje vertelt één kind het juiste en één kind het foute antwoord. Ze proberen allebei zo overtuigend mogelijk te klinken. Kan de rest raden wat het juiste antwoord is? Laat het groepje vervolgens meer uitleg geven over het juiste antwoord of vul zelf aan, zodat dat antwoord ook ‘blijft hangen’ bij de kinderen.