Home » Zo geef je kinderen met rekenproblemen de juiste begeleiding

Zo geef je kinderen met rekenproblemen de juiste begeleiding

Kinderen die moeite hebben met rekenen, kunnen zich angstig en ongelukkig voelen als ze sommen moeten maken. Ze hebben ze de neiging situaties te vermijden waarin ze moeten rekenen, waardoor ze minder kans krijgen te oefenen en het probleem alleen maar groter wordt. In Aan de slag met rekenproblemen biedt orthopedagoog Marije van Oostendorp praktische tips om deze leerlingen te begeleiden. Drie vragen en antwoorden over rekenproblemen.

Waarom is materiaal onmisbaar bij het leren rekenen en het aanpakken van rekenproblemen?

Door materiaal te gebruiken wordt duidelijk wat een bepaalde hoeveelheid of som betekent. Verder kun je ermee laten zien dat je de hoeveelheid vijf zowel met vijf blokken kunt maken als met vijf poppetjes of vijf auto’s. Het inzicht dat met verschillende materialen dezelfde hoeveelheid kan worden samengesteld, is belangrijk voor een goed getalbegrip. Het is handig om in elke klas een doos te hebben met spullen die hierbij kunnen worden ingezet. Voorbeelden hiervan zijn Multibase Arithmetic Blocks (MAB-materiaal), dobbelstenen en getalkaarten met enen, tienen, honderden en duizenden.

Waar moet je op letten als je vermoed dat een kind rekenproblemen heeft?

Kinderen die moeite hebben met rekenen vinden rekenen vaak niet leuk. Tijdens de opdrachten en oefeningen is het erg belangrijk om deze leerlingen goed te observeren. Het gaat er immers niet alleen om of een kind een goed antwoord geeft, maar vooral ook om hoe het kind tot dat antwoord komt. Goed kunnen rekenen betekent behalve foutloos opgaven maken ook beschikken over correcte oplossingsstrategieën. Voorbeelden van observatiepunten:

  • Gebruikt de leerling vingers?
  • Hoe is het tempo?
  • Maakt de leerling fouten?
  • Corrigeert de leerling zichzelf?
  • Begrijpt de leerling de opdracht?
  • Hoe is de motivatie?

Noot: soms valt tijdens het werken op dat een kind moeite heeft om instructies te begrijpen of te onthouden of om de aandacht bij de taak te houden. Het is zaak om in eerste instantie na te gaan of deze problemen zich tot het rekenen beperken of dat ze van algemener aard zijn. In het laatste geval kan overwogen worden een aandacht- en/of geheugenonderzoek te doen.

Hoeveel tijd moeten kinderen besteden aan rekenen?

Iedere leerling moet eigenlijk elke schooldag een uur rekenen. Het is logisch dat een leerling die moeite heeft met rekenen snel afgeleid is en vaak vastloopt. Maar als de leerling niet aan een uur rekenen toekomt, wordt de eventuele rekenachterstand nog groter. Kinderen met rekenproblemen moeten bovenop de vijf uur per week nog één uur extra aan rekenen besteden. Hierin kunnen bijvoorbeeld herhalingsopdrachten worden gemaakt van de weken ervoor: redactiesommen, automatiseringsopdrachten of oefeningen op de computer.

Meer weten?

Wil je meer weten over kinderen met rekenproblemen en de juiste rekenzorg? Lees dan het boek Aan de slag met rekenproblemen van Marije van Oostendorp. Lees ook de eerder op OVM verschenen artikelen over dit thema:

Heb jij een tip of vraag met betrekking tot rekenproblemen bij kinderen? Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.

2 reacties op “Zo geef je kinderen met rekenproblemen de juiste begeleiding”

  1. Hier een reactie op bovenstaande artikel over kinderen met rekenproblemen.
    Voor wat betreft rekenen zijn er volgens mij twee soorten kinderen. De ene soort kinderen is heel erg
    goed (zoals ik vroeger) in het letterlijk onthouden van hetgeen er op heb bord wordt geschreven.
    Binnen een paar weken had ik alle tafeltjes van getallen tot 10 letterlijk in mijn hoofd zitten.
    Dus als ik sommen kreeg bij rekenen, schreef ik het goede antwoord meteen zonder na te denken op.
    Uiteraard werd ook voorgedaan hoe je dat ook kon uitrekenen door te tellen, Dat gedoe met vingers
    heb ik nooit begrepen. Toen de juffrouw een keer tegen mij vertelde van Keesje, je kan je vingers ook
    gebruiken om te tellen, Deed ik zomaar wat willekeurigs met mijn vingers, omdat dat van haar nou
    eenmaal moest. Pas in de 3e klas (nu groep 5) begon ik pas door te krijgen dat er ook een manier
    bestond die echt uitrekenen heet, om een som op te lossen. De andere groep kinderen zijn kinderen
    die pas een som op kunnen lossen als ze echt kunnen tellen en rekenen. Pure rekensommen zonder
    enige vorm van tekst erbij, die heb ik ook nadien vaak sneller uitgerekend als iemand deze kan intoetsen
    op een rekenmachientje. Echter die redactiesommen, zoals tegenwoordig veel worden gegeven, daar
    loop ik nog steeds op vast, Als er bijvoorbeeld staat, Piet geeft zijn vrouw een biljet van 10 Euro en zij
    geeft 3 Euro terug, Hoeveel heeft Piet dan over. Tja met die som heb ik heel veel moeite om de simpele
    reden dat de enige persoon die ik ken die Piet heet, een vrijgezel is en dus geen vrouw heeft.
    Daarom dan ook mijn tip: Als blijkt dat een kind een “onthoud kind” is, en de goede oplossing van een
    som zonder na te reken op kan schrijven, laat hem of haar dat doen en dwing deze kinderen niet tot
    het perse moeten begrijpen van redactiesommen. Op die manier krijgt een kind maar alleen maar
    een grote hekel aan rekenen. “begrijpend rekenen” komt na een aantal jaar vanzelf wel. Gun hem of
    haar het voordeel van hun aanleg tot het alles beter kunnen onthouden als de rest.
    En doe NOOIT wat een vroegere lerares eens een keer met mij geeft gedaan. Een klasgenootje had iets
    gedaan wat niet mocht, en moest voor straf extra sommen maken. Even later zag de juffrouw dat ik
    niets zat te doen. Waarom zit jij stil keesje: vroeg zij. Waarop ik vol trots vertelde dat ik al klaar was met
    mijn sommen. Wat doet dan mens: Ik plaats van te zeggen goed gedaan, vertelde ze tegen mij dat ik
    diezelfde strafwerksommen moest gaan maken als mijn klasgenootje. Strafwerk of extra werk geven
    als iemand te snel is? Hoe komt ze daarbij in hemelsnaam. Voortaan maar gedaan alsof ik alle tijd hard
    nodig had om nog een keer strafsommen te ontlopen.

  2. GM, kind zit nu gr 3. In gr 2 is er geen rekenbrobleem gesignaleerd. Volgens de juf vindt ze in gr 3 heel moeilijk. Het kind is nu erg onzeker, klapt dicht en vindt zich erg dom. Zij heeft een normale ontwikkeling en is erg taalvaardig. Hoe kan je het kind over de onzekerheid helpen en rekenvaardig maken.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Laatste onderwijsnieuws

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.