Angst voor uitvindingen

Regelmatig komen ze in het nieuws: AI, chatbots en robots. We vrezen de veranderingen in ons werk en leven die hierdoor kunnen ontstaan. Ook voor andere uitvindingen zijn we bang. Zo denken sommige mensen dat games tieners gewelddadig maken, dat 5G-internet ernstige straling veroorzaakt en dat vaccinaties autisme tot gevolg hebben. Angst voor technologische uitvindingen is niks nieuws. 

Lees de tekst hieronder en maak daarna de opdrachten. 

In 1839 rijden de eerste stoomtreinen met een snelheid van 38 kilometer per uur van Amsterdam naar Haarlem. Veel mensen vragen zich af of dat snelle vervoer wel nodig en veilig is. Tot dan toe is het snelste vervoermiddel de paardenkoets met zo’n 14 kilometer per uur. Populairder is de trekschuit. Dat is een boot die wordt getrokken door een mens of paard. In een trekschuit reis je prettiger én goedkoper dan met de paardenkoets. Wel is de reis twee keer zo langzaam en een stuk veiliger. Tussen 1850 en 1875 vinden veel treinongelukken plaats. Stoomketels ontploffen en de houten rijtuigen bieden weinig bescherming. Veiligheidsvoorschriften bestaan nog niet.

In de beginjaren van de telefoon, zo tussen 1890 en 1910, zijn sommigen ervan overtuigd dat kwade geesten door de telefoondraden binnen zouden komen. Anderen zijn bang op regenachtige dagen in de buurt van een telefoon te komen uit angst voor elektrische schokken. Ook is er vrees voor het verlies van sociale contacten omdat mensen elkaar niet meer zouden ontmoeten…

Opdrachten

1 Noem twee beroepen die zouden verdwijnen met de opkomst van de spoorwegen.

2 Bedenk een sociaal gevolg van de opkomst van de spoorwegen.

Het reizen met een stoomtrein was duur. Er waren eerste, tweede en derde klas rijtuigen. Net als nu was de eerste klas het duurst.
3 De derde klas rijtuigen zaten direct achter de locomotief. Geef daarvoor een verklaring.

4 Welke overeenkomst is er tussen de angst voor de telefoon rond 1900 en de angst voor de smartphone vandaag de dag?

Van de makers van Memo