De Onderwijsraad constateert dat het Nederlandse onderwijssysteem op een belangrijk punt faalt: leerlingen krijgen onvoldoende kans op onderwijs dat recht doet aan hun capaciteiten en ontwikkeling. Hiermee doen we in Nederland al jaren leerlingen tekort en lopen de economie en de samenleving talent mis. Daarom adviseert de Onderwijsraad: selecteer later en differentieer beter. Wat vinden andere onderwijsorganisaties hiervan? En hoe denk jij erover?
In het Nederlandse onderwijsstelsel worden leerlingen al op jonge leeftijd geselecteerd voor een schoolsoort van het voortgezet onderwijs, bijvoorbeeld vmbo of vwo. Volgens onderwijswetenschapper Louise Elffers zorgt dit voor meer sociale ongelijkheid: ‘Kinderen van hoogopgeleide ouders stromen bijvoorbeeld hoger in, en krijgen meer kansen dan kinderen van laagopgeleide ouders.’ Door deze kansenongelijkheid volgen veel leerlingen onderwijs dat niet past bij wat zij kunnen.
Stel het moment van selectie uit
Daarom adviseert de Onderwijsraad in haar rapport Later selecteren, beter differentiëren om het moment van selectie uit te stellen. Tijdens een driejarige brugperiode krijgen alle leerlingen de kans, tijd en gelegenheid om zich te ontwikkelen en te ontdekken welk soort onderwijs zij het beste kunnen volgen. Daarna vindt selectie plaats naar een van de onderwijsvormen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs. Het moment van selectie uitstellen vergt wel een aanpassing van de structuur van het vo. Maar ook van het po, want in groep 8 komen het schooladvies en de eindtoets dan te vervallen.
Flexibel onderwijs op maat
Alleen later selecteren is niet voldoende om recht te doen aan de capaciteiten en de ontwikkeling van leerlingen. De Onderwijsraad adviseert ook om in het po en vo flexibel onderwijs op maat te geven, dat recht doet aan de verschillen tussen leerlingen. Louise Elffers: ‘Dat leerlingen in de eerste jaren van de middelbare school een programma op maat moeten kunnen volgen, roepen ik en ook anderen al jaren. Een manier om dat mogelijk te maken is door het schooljaar in blokken in te delen. Na elk blok kan een leerling per vak een niveau hoger of lager instromen, afhankelijk van prestaties en motivatie.’
Historisch zo gegroeid
De Amsterdamse wethouder Marjolein Moorman pleit al jaren voor het invoeren van brede brugklassen: ‘In Amsterdam bestaat sinds 2018 een brede-brugklas-bonus voor scholen die zo’n brugklas aanbieden.’ Ze is dan ook blij met het advies van de Onderwijsraad, maar is wel van mening dat zo’n grote verandering heel zorgvuldig moet gebeuren. ‘Er is geen enkele reden te verzinnen waarom we zo vroeg selecteren, alleen dat het historisch zo gegroeid is.’ Dat het idee van de zogenaamde middenschool niet nieuw is, blijkt overigens wel uit het feit dat het veertig jaar geleden al het levenslicht zag in een voorstel van PvdA-minister Jos van Kemenade.
Andere reacties
De onderwijskoepels reageren ook verheugd op het advies van de Onderwijsraad. Zowel de PO-raad als de VO-raad vinden dat het huidige onderwijssysteem op de schop moet. De Algemene Onderwijsbond deelt de zorgen van de Onderwijsraad, maar is kritisch over de timing: ‘We vragen ons af of het, gezien de corona-achterstanden, haalbaar en verstandig is om op dit moment het hele onderwijsstelsel op de schop te nemen,’ aldus voorzitter Tamar van Gelder. Ook de belangenorganisatie Ouders & Onderwijs vindt het wel een erg vergaand advies: ‘Het vraagt nogal wat, van scholen en leerkrachten. Die moeten straks ineens alle niveaus het hoofd kunnen bieden.’
Verder lezen?
Over kansengelijkheid en latere selectie schreven we op Onderwijs van Morgen al vaker. In deze artikelen lees je er meer over:
- Beter af met latere schoolkeuze?
- Hoog- of laagopgeleid: stop ermee!
- Een eindtoets is nog geen schooladvies
- Alle onderwijsniveaus in één klas?
Hoe denk jij over het advies van de Onderwijsraad? Is het wel of niet een goed idee om leerlingen pas na drie brugjaren een schooladvies te geven?
Dit is een vreselijk slecht idee! Er zullen veel kinderen zijn die niet meekomen of juist te weinig uitdaging krijgen. Een kind dat een basisberoepsgerichte leerweg volgt is gebaat bij een hele andere aanpak dan een leerling die atheneum doet, Zet ze bij elkaar en geen enkele leerling krijgt het onderwijs dat hij of zij nodig heeft. Bijna alle docenten weten dat dit het gevolg zal zijn van dit onzalige idee.
De managers (en bedenkers van dit idee) komen dan altijd met de term differentiatie op de proppen. Dat is de oplossing voor vele problemen in het onderwijs. En ook in dit geval weten de meeste docenten dat dit totaal niet werkt.
Er zijn vele andere manieren om kansenongelijkheid in het onderwijs aan te pakken. Die hoeven niet zo ingrijpend te zijn.
Ik had het niet beter kunnen zeggen.
Het zijn niet de managers die dit verzinnen. We leren steeds meer over hersenontwikkeling en de verschillen die daarin optreden. We determineren daarom in Nederland wel erg vroeg.
Een twee jarige brugklas met op-en afstroommogelijkheden zou al beter zijn. Enkele scholen waaronder ‘mijn’ school heeft dat al.
Karel geeft correct aan dat we moeten oppassen dat we niet naar een gemiddelde (middenschool idee) gaan waarbij we geen aandacht hebben voor leerlingen die dan in ontwikkeling geremd worden. Tijdens corona gingen bij mij op school leerlingen ineens soms sneller door de leerstof heen!.
In ons land vergeten we die groep nog wel eens. Een meerjarige brugperiode kan ook
betekenen dat we wel streamen, maar wisselen van streaming 2 (of 3) jaar mogelijk maken.
Het zijn niet de managers die een langere brugperiode verzinnen, maar de inzichten die we krijgen in de ontwikkeling van hersenen. Nederland determineert om die reden wel erg vroeg. Mijn school heeft een 2-jarige brugperiode met op- en afstroom mogelijkheden.
Karel heeft gelijk dat we op moeten passen voor het ons richten op het gemiddelde (middenschool idee). In corona tijd ging een groepje leerlingen sneller door de leerstof heen dan daarvoor. Dat is opmerkelijk. De groep die sneller en dieper kan wordt in Nederland vaak vergeten. Misschien kunnen we wel streamen, maar op- en afstroom mogelijk maken waardoor je recht doet aan verschillen. Differentiëren hoort elke docent te doen, want welke twee leerlingen zijn nou gelijk?
Zelf heb ik een tweejarige brugklas doorlopen, ik leerde omgaan met diversiteit. Ik denk dat we inderdaad naar een brede brugklas moeten. Dat vraagt om kundige docenten. Dat we dit niet van de ene op de andere dag kunnen realiseren moge duidelijk zijn. Op omroep Flevoland is een documentaire uitgezonden over de middenschool. Het kijken meer dan waard.
Ik vind het een heel goed idee. Het geeft kinderen meer tijd en ruimte om te ervaren, ontdekken en leren wat bij ze past. En het vraagt van docenten ook een andere manier van onderwijs geven. En er zijn al bewijzen dat het goed werkt.
Slecht idee. Ik ben nog steeds voorstander van het Mammoetsysteem. Ik ben zelf een product van dat systeem en ik heb er jarenlang mee gewerkt als docent. Minder vakken, meer diepgang, flexibel, compacte lesroosters, voldoende ruimte om dagelijks huiswerk te maken. Drie jaar brugpiepen verlaagt het niveau. Meestal heb je als docent na drie maanden al door op welk niveau de leerling thuishoort. Flexibele scholen kunnen de leerling later nog omhoog of omlaag laten stromen. Dus niet drie jaar aanmodderen maar meteen de leerling op het juiste niveau zetten waardoor homogene klassen ontstaan die leiden tot compact, goed gestructureerd onderwijs met diepgang voor elk niveau. Steek je er als leerling bovenuit dan ga je gewoon een niveau hoger of andersom indien wenselijk.
Ik ben het helemaal eens met het feit dat het voortgezet onderwijs anders ingericht moet worden.
Daarbij zie ik voor me dat er nog geen selectie heeft plaatsgevonden en dat de mogelijkheden bestaan voor elke leerling om elk vak op zijn/haar eigen niveau te doen. Daarbij wordt, samen met de leerling, per vak een niveau gesteld en krijgen leerlingen extra ondersteuning waar zij dat nodig hebben om dat niveau te halen. Daartoe worden ze in groepen van ongeveer gelijk niveau ingedeeld. Het (VMBO of vwo-) diploma kan volgens mij beter vervangen worden door een overzicht van vaardigheden en niveaus.
Ik betwijfel of brede meerjarige brugklassen de oplossing zijn voor tegengaan van kansenongelijkheid. Allereerst dienen docenten sterke differentiatie in de klas aan te kunnen. Daarnaast wordt er niet voor niets lesmateriaal per niveau ontwikkeld. Taalbeheersing en rekenvaardigheid gaan al in het PO sterk uiteenlopen. Kinderen die minder goed meekunnen, beseffen al vanaf groep 5 dat zij ‘minder slim’ zijn dan klasgenoten, welk gevoel ieder volgend jaar sterker wordt. En dan ga je dit systeem van ongelijkheid nog eens doortrekken?
In de eerste jaren van het VO is het fijn dat er speciaal lesmateriaal is voor kinderen die wat minder vlot meekunnen. Daarbij wordt ingezet op het bouwen aan zelfvertrouwen: dit kán ik! Ofwel veel eenvoudige meerkeuzevragen, vaak reproductief, opdat leerlingen weer de korte teksten gaan lezen. Je probeert de al jarenlange gijzeling van zich dom voelen te doorbreken.
Als je iets aan kansenongelijkheid wilt doen, ligt de oplossing meer bij een model waarbij je doeners weer serieus neemt. Denk aan de LTS van vroeger. Vermoei deze kinderen niet met theorie waar zij in hun beroepspraktijk niets mee kunnen. Geef die gouden handjes ruimte, laat kinderen weer trots zijn en focus op dátgene wat zij wel kunnen.
Lees ook: https://decorrespondent.nl/12419/onderwijs-kweekt-vmboers-vol-zelftwijfel-en-arrogante-gymnasiasten-en-dat-is-slecht-nieuws-voor-de-democratie/986726807-6134a2e7
En de basis van aanpak ongelijkheid ligt natuurlijk in meer mogelijkheden voor de ouders: voldoende middelen om hun kinderen op te voeden; financieel, maar ook op het gebied van wonen, werk, et cetera.