De gewelddadige dood van de zeventienjarige Lisa uit Abcoude op 20 augustus heeft een diepe indruk gemaakt, niet alleen op de gemeenschap in Abcoude maar in heel Nederland. Er is op veel plekken in het land geprotesteerd tegen de onveiligheid die vrouwen en meiden ervaren op straat: vrouwen ‘eisen de nacht op’. Veilig over straat kunnen zal in veel gezinnen het onderwerp van gesprek zijn geweest.
Matthijs Woudenberg is docent maatschappijleer en -wetenschappen en docentcoach.
Moet je dit in de klas bespreken, of laat je het aan leerlingen zelf in de gangen en op het schoolplein? Voor mij is de keuze snel gemaakt. Wie als docent een thema uit de weg gaat omdat het te groot of te emotioneel voelt, mist een belangrijke kans. Onderzoeker Saro Lozano Parra benadrukt dat frictie en spanning in de klas geen obstakel zijn om te vermijden, maar oefenruimte. Jongeren leren zo verschil te verdragen, hun stem te laten horen en naar elkaar te luisteren. En dat kan voor een onderwerp dat zo verschillend beleefd wordt door jongens en meiden een waardevolle les opleveren.
‘Dat doen jullie toch bij maatschappijleer?‘
Als docent maatschappijleer merk ik dat er in mijn omgeving bij lastige thema’s vaak een blik mijn kant op gaat. Op mijn school worden alle docenten juist aangemoedigd om actuele en gevoelige onderwerpen mee te nemen in hun lessen. Het doel is dat leerlingen leren nadenken over zichzelf in relatie tot anderen, en over hun plek in de samenleving. Het voeren van deze moedige gesprekken kan bij alle vakken .
Voorbereiding
Zo’n moedig gesprek vraagt voorbereiding. Plan er voldoende tijd voor in, liefst een hele les of een blokuur, bij voorkeur niet aan het einde van de dag. Het is belangrijk dat er een goede vertrouwensband is tussen de klas en jou als docent, en dat je je leerlingen goed kent, zoals bijvoorbeeld bij een mentorklas het geval is. Het gesprek begint bij jou als docent. In het tonen van je kwetsbaarheid als docent heb je een krachtig instrument in handen om je leerlingen mee te krijgen: ‘Ik vind dit een lastig onderwerp om te bespreken, maar ik wil het tóch doen omdat het belangrijk is.’
Werkvormen
Allereerst zorg je voor heldere afspraken over elkaar laten uitpraten en respectvol reageren op elkaar, en dat emoties zichtbaar mogen zijn. Zet leerlingen eens in een kring, in plaats van achter tafels. Zo creëer je al een open sfeer. Een mooie werkvorm die hierbij past is het werken met een arena waar je met een deel van de klas het gesprek voert, en waarbij het andere deel luistert en observeert. Leerlingen worden zo uitgenodigd om goed te leren luisteren. Om ook de mening van de stille leerling te horen, probeer ik altijd een activerende werkvorm te gebruiken. Stemmen met je voeten bijvoorbeeld. Dat kan goed als je het hebt over mogelijke maatregelen die de gemeente of politiek kan nemen. Het kabinet onderzoekt op dit moment bijvoorbeeld of zelfverdedigingsproducten als pepperspray gelegaliseerd kunnen worden. Hoe denken je leerlingen daarover?
Jongens en meiden
De beleving van veiligheid is subjectief. En die wordt door jongens anders beleefd dan meiden. In mijn eigen lessen maatschappijleer heb ik dit vaak gebruikt als startpunt. De beleving van veiligheid verschilt. In mijn lessen vraag ik weleens: ‘Steek je hand op als je je weleens onveilig hebt gevoeld op straat.’ Of: ‘Wie liep weleens met een sleutelbos in de hand of deed alsof hij of zij belde?’ Meiden steken veel vaker hun hand op dan jongens. Dat moment levert meteen aanknopingspunten voor een gesprek. ‘Wat valt er op aan de opgestoken handen?’ Of: ‘Welke situaties voelden onveilig?’ en ‘Wat maakte die situatie dan onveilig?’ Door open vragen te stellen kun je als docent richting geven aan het gesprek en het onderwerp concreet maken op een genuanceerde manier.
Spanning hoort erbij
Soms schuurt het gesprek. Of doen leerlingen uitspraken die als heftig kunnen worden ervaren. ‘Vrouwen moeten ook niet alleen fietsen’. Dat kan enorme emoties oproepen, maar het is ook een prachtige kans om door te vragen. Door extreme opmerkingen niet weg te duwen als docent, maar juist mee te nemen in het gesprek, kun je je leerlingen leren om te gaan met verschillende meningen. Doorvragen kun je als docent doen zonder dat een leerling ‘af’ is. ‘Wat maakt dat je dit nu zo zegt?’ Of: ‘Wat maakt dat je dit belangrijk vindt om te zeggen?’ Spanning wordt dan oefenmateriaal.
Nazorg
Wees alert tijdens en na het gesprek. Het thema kan herinneringen oproepen aan nare ervaringen. Benoem dat leerlingen altijd naar jou, een mentor of de schoolmaatschappelijk werker kunnen komen.
En onthoud: niet alles hoeft in één keer. Kom er later op terug: ‘Vorige week spraken we over veiligheid. Ik denk er nog steeds aan. Hoe is dat bij jullie?’ Vaak verloopt een tweede gesprek rustiger en met meer diepgang.
Door ruimte te maken voor spanning, door open vragen te stellen en door werkvormen te kiezen die iedereen betrekken, bied je leerlingen een veilige oefenruimte. Ze leren hun stem te gebruiken, naar elkaar te luisteren en verschil te verdragen. Precies daar ligt de kracht van onderwijs: niet wegkijken, maar samen oefenen in het voeren van moedige gesprekken.
Meer lezen
Beyond Learning – Democratic Education for a Human Future | Gert J. J. Biesta

