Home » Hé wat ben je grappig!

Hé wat ben je grappig!

Arie Koomen is een bekende, Nederlandse stand-upcomedian. Met een IQ van 121 valt hij onder de categorie begaafde personen. Met gemak krijgt hij een zaal vol mensen aan het lachen, maar hoe doet hij dat nou zo goed? In dit artikel van Charlotte de Jong, student aan de Academische lerarenopleiding primair onderwijs (ALPO), lees je er alles over.

Dat is ook heel logisch, volgens een kind in ieder geval. De meeste kinderen hebben een rijke fantasie. Deze fantasie laat men dingen verbeelden, ook nog op latere leeftijd. Dit is een aspect van het cognitief vermogen gecombineerd met creativiteit. Voor dit onderdeel heeft men dus beelden nodig en waar komen die dan vandaan? Waar komt de fantasie en creativiteit van Arie Koomen vandaan om al die nieuwe grappen te verzinnen?

Cognitief vermogen

Een stand-upcomedian gebruikt humor en hij of zij heeft daarbij creatieve vaardigheden nodig om iedereen aan het lachen te maken. Grappig zijn creëert men door de verhaaltjes herkenbaar te maken en dit doet men door onder andere logisch denken. (Jewell, 2015) Logisch denken is een van de onderdelen van het cognitief vermogen, evenals het bewustzijn dat niet iedereen alles prettig vindt in de korte verhalen (Mooij, 2013, p.2). Het logisch denken is daardoor ook een proces voor het maken van beslissingen. Men heeft context nodig om een goede beslissing te maken (Sawyer, 2003, p.91).

Die achtergrondinformatie verkrijgt men onder andere als gevolg van mensenkennis, actualiteiten en ervaringen. Dat zit allemaal opgeslagen in het brein van Arie Koomen, door middel van aandacht en herinnering. Hij breidt zijn voorkennis uit tot nieuwe kennis en verzint daarmee keer op keer nieuwe grappen (Stubbé, 2015, p. 7). Dit werkt hetzelfde bij het koppelen van twee aparte beelden die nog niet samen zijn gezien, bijvoorbeeld bij de slang met de olifant van The Little Prince. Voorkennis gebruikt men om de beelden apart voor te stellen en die worden dan samengevoegd in het hoofd en creëert dit een nieuw beeld. Net zoals voorkennis een nieuwe grap creëert.

Begaafde mensen zijn creatiever

De hiervoor genoemde vaardigheden staan allemaal ten grondslag aan de creatieve ontwikkeling. Natuurlijk: niet iedereen ontwikkelt creativiteit hetzelfde, zodoende is niet elke vaardigheid voor iedereen even belangrijk.  Men hoeft geen hoog IQ te hebben zoals Arie Koomen om creatief te zijn. Maar over het algemeen zijn (meer) begaafde mensen creatiever doordat de basis-/cognitieve vaardigheden beter zijn ontwikkeld (Persoonlijke communicatie Van der Kooij, 5 oktober, 2017). Echter doet iedereen het op zijn eigen manier en daar zijn cognitieve basisvaardigheden voor nodig. Om de creativiteit verder te ontwikkelen, moeten daarom én de cognitieve én de creatieve ontwikkeling worden gestimuleerd (Baas, 2015, p.79). Bij de een komt het spontaner dan bij de ander en dus zijn er verschillende niveaus van motivatie nodig. Aan te nemen is dus dat Arie Koomen en andere comedians vroeger op beiden vlakken zijn gestimuleerd (Persoonlijke communicatie Van der Kooij, 5 oktober, 2017).

Het divergerend vermogen

Nog een ander voorbeeld van de relatie tussen de creatieve en cognitieve ontwikkeling is het divergerend vermogen. Dit is het vermogen om veel verschillende ideeën te krijgen. Wat is beter? Enkel twintig ideeën verzinnen die allemaal hetzelfde principe bevatten of tien ideeën die verschillende principes hebben (Persoonlijke communicatie Van der Kooij, 5 oktober, 2017) (Baas, 2015, p.79). Dan valt de keuze toch op de tien verschillende in plaats van twintig dezelfde. De drie belangrijkste aspecten die te maken hebben met het divergerend vermogen zijn: hoeveelheid, diversiteit en originaliteit (Persoonlijke communicatie Van der Kooij, 5 oktober, 2017) (Baas, 2015, p.79).

Originaliteit kan hierbij doelen op iets nieuws bedenken, zoals het tekenen van een boa constrictor die de olifant verteerd, maar het kan ook zo zijn dat men een probleem en oplossing bij elkaar kan vinden die in eerste instantie geen verband met elkaar hielden. Zo zijn er dus verschillende manieren om de aspecten van creativiteit te interpreteren, om het te gebruiken en het te verbinden aan de cognitieve vaardigheden (Jolles & Van der Kooij, 2014).

Motiveren

Samen vormen de creatieve en cognitieve ontwikkeling dus een belangrijk onderdeel van ons leven. Alleen maar mensen die logisch nadenken over dingen die al bestaan en zijn uitgezocht, zijn namelijk toch niet zo interessant. Laten wij daarom kinderen op beide vlakken motiveren om zich op hun eigen manier te ontplooien. Zo krijgen we in onze volgende generaties wel een nieuwe topwetenschapper én een nieuwe Arie Koomen. En krijgt die ook de hele zaal aan het lachen?

Meer lezen? Bekijk ook het artikel: Humor als leermiddel: 4 lesideeën.

Gebruik jij humor in de klas als leermiddel? Of stimuleer je kinderen het in te zetten om hun creativiteit te ontwikkelen? Laat een reactie achter via onderstaand reactieformulier.

Laatste onderwijsnieuws

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.