Home » Denken of doen: regulatiestijlen

Denken of doen: regulatiestijlen

We zijn bijna aan het eind van de reeks over leerstijlen. We hebben gezien dat leerlingen en volwassenen niet allemaal op dezelfde manier leren, maar dat er verschillende leerstijlen zijn. Maar hiermee zijn we er nog niet. Uit de praktijk blijkt dat leerlingen niet uit zichzelf gaan leren, onafhankelijk van hun leerstijlen. Docenten moeten leerlingen aanzetten tot leren. Daarmee komen de regulatiestijlen in beeld. We onderscheiden drie verschillende stijlen: externe sturing, zelfsturing en geen sturing, dus stuurloosheid. In dit artikel komt externe sturing aan bod.

 

Vooral de jongere leerlingen tot zestien jaar hebben moeite om hun eigen leerprocessen aan te sturen. Zelfstandig leren is aan hen meestal niet besteed. Dit heeft te maken met de frontaalkwab in het brein die vooral betrokken is bij planning en controle van motoriek maar ook van leerprocessen. Deze begint pas volgroeid te worden vanaf het zestiende jaar. Jongere leerlingen hebben daarom veel externe sturing nodig. Deze kunnen ze krijgen van de docent, maar ook bijvoorbeeld vanuit hun lesmateriaal of vanuit de externe leeromgeving.

 

De belangrijkste sturing van de leerling komt natuurlijk van de docent. Sturing van het leren is één van de drie hoofdtaken van de docent, naast het presenteren en verduidelijken van de lesstof en zorgen voor een goed affectief-motivationeel klimaat. De docent kan een groot scala aan leerfunties aansturen, zoals cognitieve leerfuncties (relateren, analyseren, herhalen, selecteren), affectieve leerfuncties (motiveren, concentreren, omgaan met emoties) en regulatieve leerfuncties (oriënteren, plannen, diagnosticeren, evalueren).

 
Het onderwijs heeft naast de klassieke rol van de docent ook andere mogelijkheden om het leerproces aan te sturen. Op een aantal universiteiten en hogescholen en ook binnen het MBO onderwijs wordt daarbij een beroep gedaan op de strakke organisatie die het Probleem Gestuurd Onderwijs (PGO) biedt. Elementen van het PGO zijn gestructureerd lesmateriaal met krachtige aanwijzingen, groepsgewijze en zeer planmatige verwerving van de leerstof, het lesmodel van de Zevensprong, begeleiding van de studiegroepen door tutoren en “keuzevrijheid” binnen een strakke organisatie. OP dit moment zijn nog maar weinig VO-scholen die het PGO-model gebruiken.

 
Ook het lesmateriaal kan sturing geven. Dit stelt wel eisen aan het lesmateriaal, zoals goed doordachte studiewijzers en lesmateriaal dat rekening houdt met de verschillen in leerstijlen tussen leerlingen. Ideaal is lesmateriaal dat leerlingen de kans biedt kennis te maken met andere leerstijlen zodat zij kunnen groeien naar versatilisten die in staat zijn hun leerstrategie aan te passen een de taak. Ook zou lesmateriaal zich moeten lenen voor het werken in kleine groepjes, zodat leerlingen met tegenstelde leerstijlen samen kunnen werken.

 

Kortom: bij externe sturing is het van belang dat onzekerheid over wat belangrijk is, over hoe een hoeveelheid leerstof moet worden aangepakt en over de gewenste mate van beheersing van de leerstof kan worden weggenomen door duidelijke studieaanwijzingen en een goede organisatie van de leerstof binnen het materiaal. In de volgende aflevering gaan we in op zelfregulatie. Hiervan is sprake bij leerlinggestuurd onderwijs.

 

Laatste onderwijsnieuws

Een kind fluistert een zin in het oor van een ander kind

 8 tips voor taalspelletjes

Deze tips helpen je om spelenderwijs te oefenen met taal. Ze zijn erg leuk in de klas, maar ook ideaal om kinderen thuis met hun ouders te laten oefenen.

Bekijk

Terugkijken: de (v)mbo-show

Om aandacht te schenken aan de beroepen waar vmbo'ers & mbo'ers onmisbaar in zijn, maakte NOS Stories een grote liveshow over o.a. het imago en gelijkheid.

Bekijk

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.