Op 31 december om middernacht is het dan zo ver: het Verenigde Koninkrijk verlaat de Europese Unie. De Brexit is dan een feit. Het is de eerste keer dat een land uit de EU stapt.
Bron: Shutterstock/Ivan Marc
Oprichting van de EU
De eerste ideeën voor een Europese samenwerking ontstonden kort na de Tweede Wereldoorlog. Als landen samen zouden werken, zou er niet zo snel meer een oorlog uitbreken. Daarom richtten zes landen, waaronder Nederland, in 1951 de Economische Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) op. Op 1 januari 1958 werd dat de EEG: de Europese Economische Gemeenschap. Er kwamen steeds meer landen bij en ze gingen op steeds meer gebieden samenwerken. Omdat het niet alleen om economische onderwerpen ging, heet de samenwerking sinds 1993 de EU (Europese Unie).
Het Verenigd Koninkrijk in de EU
Het Verenigd Koninkrijk (VK) is nu bijna 50 jaar lid van de EU. Maar heel enthousiast over dat lidmaatschap waren de Britten nooit. Om voor vrede en rust in Europa te zorgen, was het belangrijk dat de belangrijkste strijdende landen uit de Tweede Wereldoorlog meededen. Duitsland en Frankrijk deden vanaf het begin mee. Maar het VK werd pas in 1973 lid. Twee jaar later was er al een referendum in het land: een aantal politici wilde de EU alweer verlaten. Bij dat referendum stemde twee derde van de bevolking voor het lidmaatschap. Het VK bleef dus lid.
Margaret Thatcher
Van 1979 tot 1990 was Margaret Thatcher premier van het Verenigd Koninkrijk. Zij had weinig op met de Europese samenwerking. Ze vond dat Europa zich veel te veel met landen bemoeide. Zij kreeg het voor elkaar dat het VK minder aan Europa hoefde te betalen en zich aan minder regels hoefde te houden. Ook toen Thatcher weg was, bleven veel Britten zich tegen de EU-maatregelen verzetten. Zo heeft het VK nooit de euro ingevoerd.
Het tweede Brexit-referendum
In 2015 werd David Cameron de nieuwe premier van het VK. Hij wilde in de EU blijven, maar had tijdens de verkiezingen beloofd om een nieuw referendum te organiseren. Hij dacht dat de meeste Britten opnieuw voor het lidmaatschap zouden stemmen. Dat viel tegen. In 2016 stemde 48% voor het lidmaatschap. 52% wilde de EU verlaten. Een kleine meerderheid, maar wel een meerderheid.
Na het referendum
Na het referendum werd het een beetje een rommeltje in de Britse politiek. Premier Cameron trad direct af. Hij werd opgevolgd door Theresa May. Zij was ook liever in de EU gebleven, maar ze beloofde wel dat ze de uitslag van het referendum uit ging voeren. Ze begon Brexit-onderhandelingen met de rest van Europa. Dat ging erg moeilijk. Steeds als ze een akkoord had met andere Europese landen, dan was haar eigen partij het daar niet mee eens. In 2019 was ze er klaar mee. Ze trad af en werd opgevolgd door Boris Johnson. Hij is nu de Britse premier.
Boris Johnson wilde altijd al de EU uit. Hij had daar ook campagne voor gevoerd bij het referendum. Zijn wens wordt op 31 december werkelijkheid.
Bron 1 De doelen van de EU
Bron 2 Spotprent over Margaret Thatcher en de EU
Bron 3 Het laatste nieuws over de Brexit op Nu.nl
Bron 4 De landen van de EU
