Home » Game over

Game over

Halo, Warcraft, Grand Theft, Legend of Zelda, Quake… waar hebben jongeren het tegenwoordig allemaal over? U krijgt waarschijnlijk van tijd tot tijd van de leerlingen deze termen om de oren geslingerd. En niet alleen van de jongens. Er zijn heel veel meisjes die deze games spelen. Games die al volledig geïntegreerd zijn in hun leven, en waar natuurlijk vorige week weer eens kamervragen over moesten worden gesteld. Door mensen in ivoren torentjes die nog leven in de tijd van Super Mario en Space Invaders.

Een kamerlid van de SP maakte zich blijkbaar zorgen over gameverslaving en voelde demissionair Minister Klink aan de tand. Met name over hoe de industrie hiermee omgaat. Zoals de drankenfabrikanten zijn vertegenwoordigd in een zelfregulerende Stiva, is de game-industrie (die in Nederland erg actief is en toonaangevend) zich ook bewust van haar verantwoordelijkheid. Zo zijn de betreffende bedrijven samen met de overheid en diverse maatschappelijke instellingen vertegenwoordigd in bijvoorbeeld Digibewust. Er wordt onderling goed gewerkt aan bewustwording en eventuele excessen rondom gamen. Zie ook de site weetwatzegamen.nl. Volgens mij is het in Nederland goed genoeg geregeld, meneer het kamerlid.

En natuurlijk begrijpt de game-industrie dat zitten achter een laptop niet altijd de beste manier is. Zelf heb ik bijvoorbeeld mee mogen denken over de strategie van een nieuwe game-console waarbij de makers de kinderen liever buiten laten spelen: Swinxs. Het uitgangspunt was dat voornamelijk de wat jongere kinderen (5 tot 10 jaar) ook met een game buiten kunnen spelen.

Gamen is overigens allang niet meer alleen voor jongeren. Gamen is meer een gezinsbezigheid aan het worden. Door de intrede van bewegingsgames op de Wii zie je nu ook veel meer ouders voor het televisiescherm staan. Gamen is niet meer dat zielige jongetje dat op zijn zolderkamertje uren achter elkaar een oorlogsspel aan het spelen is.

Natuurlijk moeten we de ontwikkelingen in de gaten houden. Maar meer uit het oogpunt dat we nog weinig ervaring hebben met gamen op de lange termijn en dat we niet precies weten wat de gevolgen zijn van veelvuldig spelen. En dan heb ik het niet over schadelijke gevolgen zoals bijvoorbeeld Linda Papdopoulos beweerde, namelijk dat de seksuele content in games schadelijk kan zijn voor jonge meisjes: ‘Doordat sommige games laten zien dat een vrouw verleidelijk moet zijn om begeerd te worden, treden steeds meer meisjes met hun seksualiteit op de voorgrond.’ Wie de nieuwe clip van Lady Gaga bekijkt, weet dat daar geen videogame tegenop kan.

Gelukkig is er al een boek: It’s all in the games van Erno Mijland  en Herm Kisjes, waarin op een prettige manier tips en adviezen worden gegeven rondom jongeren en gamen. Het boek is niet alleen voor de ouders, maar ook voor de gamende jongeren. Zelf noemen ze een aantal voorbeelden zoals:

  • afspreken van een tijdslimiet;
  • gezamenlijk stellen van prioriteiten (bijvoorbeeld eerst huiswerk maken);
  • gebruiken van controlemiddelen, zoals ‘parent control’, ‘TimeSlot’, ‘YourSafetynet’;
  • checken of de game past bij de leeftijd van het kind (bekijk de PEGI: de kijkerwijzer voor games, die met symbolen op het game aangegeven is);
  • bespreken van de risico’s met je kind.

Het is belangrijk om als ouder, maar ook als leerkracht, te begrijpen dat gamen een combinatie is van entertainment, het bijbrengen van vaardigheden (in de VS word je als aanstormend straaljagerpiloot eerst via games getest op de reflexen) en natuurlijk ook van verbroedering doordat je met vrienden (competitief) kunt spelen. En dan bedoel ik niet alleen vrienden die fysiek naast je zitten, maar natuurlijk ook je online vrienden die ook in Taiwan of Venezuela kunnen zitten.

Games kunnen ook educatief zijn, maar het niveau van die games is waarschijnlijk nog niet hoog genoeg.  Uit een onderzoek van Wehkamp blijkt dat ruim 60 procent van de ouderen en 70 procent van de jongeren het liefste actiegames speelt (waaronder ook sport- en bewegingsgames). Educatieve spellen scoren een stuk lager: respectievelijk 18 procent en 6 procent.

Voor goede educatieve games moeten we dus nog wel even de handen uit de mouwen steken. Maar ik zie games echt als een middel om jongeren vaardigheden bij te brengen. Misschien moeten we als educatieve sector aansluiten bij platforms als Digibewust en onze kennis rondom leren en leergedrag inbrengen in de toekomstige games. Mijn boodschap: houd de ontwikkelingen rondom gamen bij en praat erover met uw leerlingen. Bent u meer dan geïnteresseerd, stap dan in het gat in de markt voor spannende educatieve games. Maar misschien doet u dit al. Laat het dan weten op deze blog en deel uw ervaringen met andere docenten.

Game over.

Laatste onderwijsnieuws

Onbeperkt toegang
met je OvM account

Met het OvM account krijg je als onderwijsprofessional toegang tot meer artikelen en regel je welke informatie je wilt ontvangen. Bijvoorbeeld de nieuwsbrief of Juf & Meester.