Onlangs las ik in een onderzoek van de Europese Commissie dat driekwart van de jongeren tussen 12 en 15 jaar dagelijks minstens 3 uur met internet bezig is. Dat is op zich geen nieuws. Wat volgens onderzoeksbureau Internet Watch Foundation wel nieuws is: seksueel misbruik van kinderen is het afgelopen jaar met maar liefst 16% gestegen.
Steeds meer kinderen worden op jonge leeftijd via internet geconfronteerd met seks. De Europese Commissie wil hier zo snel mogelijk verandering in brengen. Hier is veel technische kennis voor nodig en kinderen en ouders moeten bewust gemaakt worden van de gevaren van internet. Het ligt voor de hand om het onderwijs hierbij te betrekken.
Gisteren kwam het bericht naar buiten dat de EU snel een Europese internetfilter tegen kinderporno wil. De raad wil dat de EU-lidstaten kinderpornofilters op korte termijn invoeren. Helaas is het Nederlandse filter vertraagd omdat de invoering meer problemen met zich meebrengt dan in eerste instantie werd verwacht. Ten eerste is er kritiek op de filters, die zijn namelijk gemakkelijk te gebruiken voor andere doeleinden. Websites kunnen gemakkelijker worden geblokkeerd wat op censuur gaat lijken. Ten tweede is Nederland er technisch nog niet klaar voor. Eén schadelijke video op Youtube zou er voor kunnen zorgen dat de hele videodienst uit de lucht gehaald wordt, wat natuurlijk niet de bedoeling is.
Verder is bewustmaking via campagnes voor kinderen, eventueel via scholen en via ouders, erg belangrijk. Het doel hiervan is om kinderen te leren omgaan met gevaarlijke situaties en gevaarlijke contacten uit de weg te gaan. Het is belangrijk dat:
- Het onderwijs meer aandacht gaat besteden aan de gevaren van internet. Onderwijs in de gevaren van internet, vooral op het terrein van seksueel misbruik en cyberpesten, moet een vast onderdeel gaan uitmaken van het lespakket op scholen.
- Er moeten meer kindveilige websites en chatdiensten komen. Providers moeten zich meer inspannen voor de ontwikkeling van kindveilige websites die eventueel voorzien zijn van een speciaal keurmerk. Ook moeten er meer gecontroleerde chatdiensten voor jongeren komen.
- Politiediensten in de lidstaten moeten beter informatie uitwisselen. Een Europese gegevensbank die door gespecialiseerde politiediensten online te raadplegen is, zal effectief onderzoek bevorderen.
- Ouders en scholen zijn primair verantwoordelijk voor het internetgebruik van kinderen. Zij moeten toezicht houden.
Tot slot kwam ik een onderzoek tegen van Jochen Peter, universitair hoofddocent aan de Amsterdam School of Communications Research. Volgens hem is het helemaal niet nodig dat er maatregelen komen om kinderen en jongeren te beschermen tegen seksueel materiaal op internet. Jongeren opvoeden lijkt hem belangrijker. ‘Wat wij zien is dat jongeren die vaak naar porno kijken traditioneler naar de rol van de seksen kijken, en dat zij vaker seks los zien van liefde. Dit is op zich niet illegaal, hooguit sociaal niet wenselijk. Hier wordt opvoeden belangrijk.’ De dominante houding onder jongeren is nog altijd dat vrouwen geen lustobjecten zijn en dat seks thuis hoort binnen een relatie. Volgens Peter oefent porno op internet geen invloed uit op het gedrag van jongeren.
De meningen over dit onderwerp zijn dus nogal tegenstrijdig. Ik vind in ieder geval dat jongeren goed geïnformeerd moeten worden over seksueel materiaal op internet en dat dit nog te weinig gebeurt!
